home       basis       routing       switching       advanced       security       overig       testen      

ip-configuratie

 

  1. ip-configuratie
     
    • Om aan een netwerk deel te nemen, heb je een ip-adres en een netmask nodig. Je kan dan echter niet verder dan dat lokale netwerk.
    • Om gebruik te maken van het internet, heb je een default gateway nodig, een router in je eigen netwerk, die jouw pakketten verder het internet opstuurt. Een router brengt je op het ganse internet, maar doet dat alleen a.d.h.v. destination ip-adressen.
      Wij zijn echter gewoon hostnaam.domeinnaam-combinaties te gebruiken in Uniform Resource Locators, URL's. Zo'n hostnaam is bijvoorbeeld www.google.be op domein google.be.
    • Om gebruik te maken van hostnames op het internet, hebben we een DNS-server nodig, het ip-adres van minstens één server die domeinnamen en hostnames omzet naar IP-adressen.
       
      Een volledige ip-configuratie bestaat dan ook uit
    • ip-adres
    • netmask
    • default gateway
    • dns-server(s)
      voorbeeld:
      c:\> ipconfig
      Ethernet adapter Local Area Connection 2:
       
      Description . . . . . . . . . . . : Intel(R) PRO/1000 MT Desktop Adapter
      Physical Address. . . . . . . . . : 08-00-27-94-CD-ED
      IPv4 Address. . . . . . . . . . . : 10.0.2.15(Preferred)
      Subnet Mask . . . . . . . . . . . : 255.255.255.0
      Default Gateway . . . . . . . . . : 10.0.2.2
      DNS Servers . . . . . . . . . . . : 8.8.8.8   195.130.131.1

       

  2. static of dynamic
     
    Op het internet heb je clients en servers:
     
    • Servers hebben een vaste ip-configuratie nodig, want je moet ze van overal kunnen bereiken. We geven ze een statische configuratie, m.a.w. we stellen hun configuratie vaak manueel in. Ook netwerk-printers en routers hebben vaste ip-adressen nodig.
    • Clients zijn dezer dagen vaak mobiel, en komen in verschillende netwerken terecht. Zij hebben ip-configuraties nodig die met hen en hun mobiele netwerken dynamisch meereizen.
       
      Een statisch configuratie van een linux-server ziet er als volgt uit:
      (een linux-server haalt zijn ip-configuratie uit een tekst-bestand /etc/network/interfaces
      $ cat /etc/network/interfaces
      # The loopback network interface
      auto lo
      iface lo inet loopback
       
      # your first network adapter
      auto eth0
      iface eth0 inet static
      address 94.153.21.208
      netmask 255.255.255.0
      gateway 94.153.21.254
      dns-nameservers 8.8.8.8    8.8.4.4

       
      Een dynamische configuratie van een win7-machine ziet er zo uit:

      win7-dhcp-client

      merk op dat de niet ingevulde velden overeenkomen met de velden van de linux server
       
      De configuratie van win7-pc van hierboven, wordt geleverd door een DHCP-server.
      Overal waar de client terecht komt is een DHCP-server voorhanden.
      En nu zal de client overal waar hij toegelaten is altijd het internet op kunnen.
      Hij heeft dan altijd een werkende ip-configuratie; die nochtans overal verschillend is.